De grote moeilijkheid bij het ontdekken van de cel door leerlingen van de observatiegraad, is het bijbrengen door de leerkracht van het begrip "vacuole".
Meestal maken de leerlingen een preparaat van de bovenepidermis van een
uienrok (rokbinnenzijde is morfologisch bovenkant), al of niet gekleurd, en van een
mos- of
waterpestblaadje. In het laatste geval zitten de cellen te vol met bladgroenkorrels, zodat hier zeker geen vacuole kan waargenomen worden.
Het cytoplasma in de cellen van de epidermis van een uienrok is wandstandig: er is wel een zeer grote vacuole.
Gebruikt men - zoals meestal het geval is - een KI/I
2-oplossing, dan wordt gans de cel gekleurd, zodat alleen een geoefend oog nog een onderscheid kan maken.
Met onderstaande werkwijze, een
vitaalkleuring, wordt enkel de vacuole-inhoud rood gekleurd, terwijl cytoplasma en celwanden kleurloos blijven. Deze kleuring maakt gebruik van het verschijnsel dat de cellen door diffusie stoffen opnemen en opslaan in de vacuole.
Werkwijze
- Maak een stamoplossing van 0,1 g neutraalrood in 100 ml gedestilleerd water. Deze oplossing is lange tijd houdbaar.
- Verdun, juist voor het gebruik, 2 druppels stamoplossing met 10 druppels leidingwater. De alkalische werking van het leidingwater doet de kersrode oplossing nu geelbruin worden.
- Leg het epidermisvliesje één minuut in de verdunde oplossing. De cellen nemen het neutraalrood op en vermits de vacuole-inhoud zuur is wordt de kleur weer rood.
Wanneer men de oplossing rechtstreeks als insluitmiddel gebruikt (zoals met KI/I
2) is het resultaat minder gunstig.